Een vlucht naar België om familie te zien. Het idee klinkt simpel genoeg, niet? Je boekt een vlucht en reserveert je luchthavenvervoer en dat is het zo’n beetje. Zou je denken!
Ik had al het bovenstaande gedaan.
Ik vond een betaalbare vlucht bij Brussels Airlines, een maatschappij die met Airbus vliegt en boekte mijn vaste zitplaats, 28C. Voor zij die dit niet weten, op rij 28 is de kans het grootst dat ze je lichaam intact terugvinden na een crash en C is aan het gangpad, wat je extra beenruimte geeft. Bovendien is Brussels een luchtvaartmaatschappij waar de kans klein is dat men applaudisseert na het landen en men stoort je ook niet voortdurend om je zaken als krasloten aan te proberen smeren.
Ook het luchthavenvervoer was geregeld, inclusief het deel waarbij de chauffeur mij helpt met mijn bagage tot aan de balie voor de medische bijstand. En het was een lokaal bedrijf, want hoe beter het gaat met Lourinhã, hoe minder de kans dat men de gemeentelijke belastingen verhoogt, zo clever zijn we wel.
Eens alles netjes geboekt was vroeg ik medische assistentie aan. Deze keer niet enkel omwille van mijn autisme, maar ook omwille van mijn longkanker, het buisje in mijn keel en vooral omdat ik een halve ton aan zware medicatie in mijn handbagage zitten zou hebben, inclusief gekoelde chemo.
Trouwens, over die handbagage… Om te vermijden dat ik de secretieaspirator, wat wij gewoon een stofzuigertje voor keelslijm noemen, moest meenemen (ook als handbagage, wegens de oplaadbare batterij) en die ook beschadigd zou kunnen raken besloot ik contact op te nemen met mijn Belgische mutualiteit (want die heb je als -gepensioneerde- spoorwegbediende levenslang). Ja, vanzelfsprekend, zij konden mij een gedeelte van die kost om zo’n toestel in België te huren terugbetalen, op voorwaarde dat ik een factuur en een doktersattest had. Uiteraard gold mijn Portugese voorschrift niet als attest, want die was immers in het Portugees. Het moest in het Engels, de lingua franca voor wie geen Portugees begrijpt, dat merk je hier ook in de supermarkt.
Ook voor mijn bijstand en het vervoer van mijn medicatie moest ik een doktersattest hebben, maar daarin was ik al voorzien. Er moest op staan dat meneer zus en zo aan dit en dat leed en welke medicatie die daarvoor bij zich moest hebben op reis. En of ze even door de vingers konden zien dat hij bevroren gelpads meehad, want dat de chemo gekoeld moest zijn. Dat document had ik al, nu nog dat andere attest.
Mijn arts schreef uiteraard ook het tweede attest, waardoor ik op zoek kon gaan waar in België ik een dergelijke aspirator kon huren. Simpel, dacht ik. De firma die in Portugal de aspirator aan mij verhuurt heeft ook een zetel in België. Om mijn telefoonfactuur wat te temperen, en omdat ik een hekel heb aan telefoneren, zou mijn moeder contact opnemen. Zou, want het is haar nooit gelukt, en al zeker niet op het “noodnummer” dat zo netjes op de site geafficheerd was. Gelukkig was er nog Amazon, die ons een handstofzuigertje (met pompsysteem) leverde in minder dan een week. Op eigen kosten natuurlijk, anders moest ik weer aan ander attest hebben en daar begin ik niet aan.
De bijstand op de luchthaven was aangevraagd, de lounges geboekt (ik moet immers zo corona-veilig reizen en mensenmassa’s vermijden) en plots was daar het e-mailtje van Brussels Airlines dat alles in orde was. Alhoewel, er was nog een klein akkefietje om te verduidelijken. Zou ik een zuurstoffles kopen, à rato van € 175 per vlucht, of zou ik een eigen PPOC, een zogenoemde “Oxygen concentrator” bijhebben, uiteraard met attest van de dokter dat ik het toestel zelf wist te bedienen?
Omdat ik niet wist hoe ik zo snel een PPOC of een doktersattest uit mijn mouw kon schudden, en ik dat toestel in de nabije toekomst, en misschien zelfs nooit, nodig zou hebben kocht ik dus, met het spreekwoordelijke mes op de keel, twee zuurstofflessen ter waarde ven €350.
Omdat de dokter van Brussels Airlines beslist had dat ik, die nog nooit zuurstof nodig had en nog minder bij hem of haar op consultatie was geweest, dat ik die zuurstof echt nodig had. Nochtans had ik eerder al mijn saturatie in rust, het zuurstofgehalte in mijn bloed wanneer ik niks doe ,door had gegeven. 96% à 97%, wat de controlerende verpleegster op de dienst oncologie telkens een ‘muito bem‘ ontlokt.
Ook hier geldt dat ik recht zal hebben op een gedeeltelijke terugbetaling mits ik een attest heb van een arts en de factuur van de gekochte zuurstofflessen. Gekocht is een groot woord eigenlijk, ik mag ze niet naar huis nemen want ik betaal voor de zuurstof en het vullen, niet voor de fles. Wat betreft die factuur kan ik u alvast melden dat ik die niet online kan aanvragen wegens het gebrek aan een bedrijfsnaam en BTW-nummer. Dus morgen mag Sibby daar nog eens voor bellen naar een niet-geïnteresseerde callcentermedewerker ergens in Bangladesh of Lissabon, en waarschijnlijk drie keer doorgeschakeld zal worden naar alweer een nieuwe operator die haar opnieuw het hele verhaal zal laten doen.
Dat doktersattest heb ik aangevraagd aan de arts van Brussels Airlines, eens benieuwd hoe lang het zal duren voor ik dat in handen heb. Ik maak er mij niet druk om. Binnen exact een week zit ik in de lucht, met een whisky’tje in een vliegtuig vol zuurstofmaskers, maar dan blijkbaar van het verkeerde type. Hopelijk heb ik het Tomorrowland-vliegtuig en doen ze, om de magie compleet te maken, lachgas in mijn fles.