Lente… hopelijk tijd voor wat zonniger gedachten!

De laatste tijd begin ik meer en meer van die momenten te krijgen dat een ongelooflijke triestheid, en af en toe eens woede, mij plots, van het ene moment op het andere, overvalt. Terwijl ik fysiek nog steeds vooruitga, en straks voor het eerst niet in mijn rolstoel maar op eigen benen met een rollator langs de oceaan ga wandelen voel ik dat ik steeds dieper wegzink in een depressie.

Toch heb ik heel wat zaken om blij om te zijn, naast het feit dat ik nog leef, een ijzersterke vrouw en een liefhebbende familie heb uiteraard.

De laatste maanden zijn de duizelingen zo goed als verdwenen. Enkel af en toe, als ik een extreem lage suikerspiegel heb voel ik mezelf nog wankelen, maar gezien ik weet waaraan het ligt en hoe het snel op te lossen komt het niet zo ver dat mijn suikerspiegel zo laag staat dat ik effectief val of het bewustzijn verlies. Hier thuis is het echt een zeldzaamheid geworden dat ik mijn rollator nog gebruik en ook het trapje naar buiten neem ik bijna altijd zonder problemen.

Mijn volgende ziekenhuisbezoek, aan het diagnostisch centrum voor pneumologie in Torres Vedras dat mijn tuberculose behandelt, wordt mijn eerste zonder rolstoel. Met speciale schoenen, omdat mijn voeten nog steeds opgezwollen zijn van de diabetes, en mijn rollator zal ik de helling naar de ingang nemen, om te horen dat mijn tuberculose evolueert zoals het hoort en ik niet opnieuw de zware medicatie van in het begin van de kuur moet nemen.

Meer nog, door de evolutie van mijn tbc, maar ook door de operatie die het abnormale littekenweefsel, ook wel gekend als wild vlees, rond mijn canule verwijderde, zal ik dat doen met de volledige longcapaciteit die mij nog rest. Ik adem niet langer door een buisje van zes millimeter maar door eentje van maar liefst een derde meer, de volle acht millimeter.

Mijn vader zal me trouwens vergezellen, want elke zes weken komt een van mijn ouders voor een tweetal weken bij ons logeren, om te genieten van elkaars gezelschap maar ook om af en toe wat klusjes te doen. En daarna komt deze keer ook mijn broer voor een midweek wat babbelen over onderwerpen die variëren van wetenschap en geschiedenis tot videospelletjes.

Ik heb zoveel dingen om gelukkig over te zijn. En toch kan ik huilen als een kind bij het zien van een leuke vakantiefoto. Omdat ik die leuke vakanties niet meer zal meemaken. Of bij een nummer van onze playlist in de auto, toen we 25 uur aan een stuk reden om naar ons nieuwe thuisland te verhuizen. Of als ik mijn Vespa zie staan, daar onder dat zeil in de garage. Of gewoon als ik denk aan hoe verdrietig Sibby zal zijn. Of hoe Herman zal zoeken waar papa is als hij ’s morgens kopjes wil komen geven omdat hij weer eens in een knuffelstemming is.

Ik heb angst als de telefoon geruisloos “rinkelt”, omdat het het ziekenhuis kan zijn. Niet omdat ik schrik heb van slecht nieuws, alhoewel dat ook meespeelt, maar omdat het vast is om een nieuwe afspraak vast te leggen. Een bijkomende dag dat ik buiten, tussen de mensen, moet komen. Eén afspraak per week, meer kan ik niet meer aan. En het duurt ook zoveel langer voor ik achteraf tot rust kan komen. Vroeger was dat een dag, nu zijn dat er al drie, soms vier.

Gelukkig heb ik volgende maand een afspraak met een psychiater verbonden aan de dienst oncologie. Weliswaar in het Portugees (voor één keer niet omdat ik koppig ben maar omdat dat de enige taal is die hij spreekt, volgens het antwoord dat ik op die vraag kreeg van zijn secretariaat) maar wel met een specialist. Hij kent de medicatie die ik reeds neem voor mijn autisme, een cocktail van antidepressiva en antipsychotica. Hopelijk kan hij die wat aanpassen zodat ik kan genieten van de zomer die er aan komt en wel eens mijn laatste kan zijn. Omdat ik zoveel redenen heb tevreden te zijn met hoe lang mijn lichaam het tot nu toe volhoudt. En hoe het in de juiste richting blijft gaan. En hoe verdomd graag Sibby me ziet en hoe ze voor me zorgt, elke dag opnieuw.

Ik heb redenen om te genieten van de zomer en ik ga er werkelijk alles aan doen om dat te kunnen ook. Voor mezelf. Voor Sibby. Voor mijn familie. En zelfs voor Herman en Leentje, ook al is die laatste om een of andere reden al even depressief als ik en zit ook haar lijf vol gezwellen. Ik moet en zal genieten, zo koppig ben ik wel!

FacebookFacebook

Schrijf je in op onze e-maillijst!

Ontvang nieuwe blogposts in je e-mail!

Lijsten*

Loading

Recente berichten